Van zaterdag 16 tot en met zaterdag 23 juli waren mijn vrouw Véronique en ik met vakantie. We reisden naar het theaterfestival van Avignon. Hierna volgt een verslagje. Vanaf het moment dat we uit de Thalys-trein stapten, wisten we: het wordt warm, heel warm in Avignon. Inderdaad, de hele week schommelde de temperatuur rond de 40 graden, hoger dan de menselijke lichaamstemperatuur en dus onaangenaam. Er was dan ook geen sprake van om de stad uitgebreid te bezichtigen of een uitstapje buiten de stad te wagen naar de mooie Provence, helaas. Maar gelukkig was er overal de verkoeling van de airco, zowel in het hotel als in de vele theaterzaaltjes. Zo niet zou het echt ondraaglijk geweest zijn en zouden we ongetwijfeld ziek geworden zijn. Zoals de naam het zegt, is Hôtel Central zeer centraal gelegen. Een perfecte uitvalbasis voor onze theaterbezoeken intra muros. De kamer was klein, maar diende alleen om te slapen en te douchen, dus oké. We zaten in een achterliggend gebouw rond een binnenkoer met terras, zodat we geen last hadden van de drukte op straat. Het terras was koel en rustig, en daar dronken we elke avond nog een laatste home made ice tea of een typische water met siroop, vooral de violette smaakte heerlijk. Er was ook een dakterras, maar daar was het zelfs tegen middernacht nog altijd veel te heet. Laat me beginnen met de stad, gekend als de “pausenstad”, omdat er inderdaad naast Rome ook katholieke pausen in Avignon hebben verbleven. Avignon ligt in het departement Vaucluse, telt ruim 90.000 inwoners en is daarmee een beetje te vergelijken met Aalst, Leuven en Mechelen. De stad is volledig ommuurd en heeft verschillende toegangspoorten. De Rue de la République snijdt het centrum in twee delen van Noord naar Zuid tussen het oude treinstation en de Place de l’Horloge waar het stadhuis staat. Avignon is op en top een zuiderse stad met zijn smalle straten, vele pleintjes met hoge platanen en de huizen met houten luiken, de blauwe hemel en brandende zon. In de zomer leven de mensen buiten tot ’s avonds laat. We bezochten er 2 musea, Angladon en Lambert, de fototentoonstelling “Amazonia” van Sebastião Salgado in het Palais des Papes en uiteraard, onvermijdelijk, de Pont Bénezet (wat petit Benoit betekent) of de “pont d’Avignon”. Vanzelfsprekend hebben we op de brug gedanst, zoals het bekende liedje zegt, of beter we hebben een beetje gedaan alsof want in die hitte in volle zon was dat zeker niet evident. Historisch gezien werd er nooit op de brug gedanst, maar eerder eronder. Inderdaad, de brug liep ooit van het oude stadscentrum naar een eiland in de Rhône – île de la Barthelasse – dat als recreatiepark werd gebruikt door de bewoners. Dààr in dat park werd er lang geleden wél gedanst… Nog een interessant weetje: de Provence heeft zijn eigen dialect en sommige straatnamen staan in 2 talen vermeld: het officiële Frans en de lokale taal, die een beetje Portugees lijkt. We gingen vooral naar Avignon om er te genieten van het jaarlijkse theaterfestival, maar we hadden nooit gedacht dat we uiteindelijk zoveel spektakels zouden zien: welgeteld 22 in 7 dagen, dus een gemiddelde van 3, soms 4 per dag! Hoe maakten we onze keuze uit ongeveer 1.500 voorstellingen? Een grondige studie van het programmaboek, dat ongeveer op een oude telefoongids lijkt, was geen haalbare optie. De straten en pleinen worden visueel vervuild door een diarree van affiches, maar ook dat was geen realistisch alternatief. We lieten ons gewoon verdwalen in de stad waar je constant wordt aangesproken door mensen die publiciteit maken voor een of ander stuk en je flyers in de hand stoppen. We lieten ons overtuigen door het enthousiasme waarmee theaterstudenten en vaak ook de artiesten zelf ons hart probeerden te winnen. Hadden we een leuk gesprek met vriendelijke mensen, dan kregen die voorrang. Meestal werkte dat wel. Want dat is een deel van de leuke sfeer in Avignon: je hoeft niet eens tickets te kopen en een klein zaaltje in te duiken: er is de hele dag zoveel te zien en te bewonderen in de vele straten van de hele binnenstad! Maar gezien de hitte gingen wij maar al te graag in de geacclimatiseerde zaaltjes zitten. Twee leuke faits divers: tot 3 keer toe waren de Fransen gecharmeerd door mijn “Italiaans accent” – echt waar! – en een paar keer herinnerden de artiesten zich na de voorstelling nog ons eerder gesprek op straat: “ah les Bruxellois sont là!” Bij die “theaterzaaltjes” moet je je vaak niet te veel voorstellen: de meeste daarvan zijn zeer klein en tijdelijk. Sommige spektakels vinden plaats in bioscoopzalen en in kerken. Om je een idee te geven van de omvang van het festival: je neemt een stad zoals Brugge. Je loopt de hele dag door de vele smalle straten van het centrum en minstens om de 100 meter vind je een theaterzaal die meedoet aan het festival! Incroyable mais vrai! Wat ons na een tijdje ook intrigeerde: door het enorme aanbod aan voorstellingen is de opkomst per voorstelling soms bedroevend laag. Een paar keer speelde een artiest voor 10 of 20 man. Hoe kan die daar financieel uit geraken? Artiest, een hondenstiel… We hebben bewust gekozen voor een zeer gevarieerd programma: comédie, literair theater, muziek, dans… We hebben een Waalse en een Brussels-Marokkaanse komiek gezien – die laatste kookte een lekkere tajine op het podium en daar mocht het (weinige) publiek achteraf van smullen –, en ook een theaterstuk van de Vlaamse schrijver Tom Lanoye, verwijzend naar “Who’s afraid of Virginia Woolf” – en naar het Frans vertaald welteverstaan. De meeste Franse theatergezelschappen spelen “des comédies romantiques”. Niet goed, maar dat wisten we die eerste dag nog niet natuurlijk. Ongelooflijk dat er in de 21ste eeuw in Europa nog zoveel clichés verkocht worden, bv. over hatelijke schoonmoeders, vrouwen die niet in auto kunnen rijden… Ik dacht we dat intussen ver achter ons gelaten hadden. Dat is in elk geval wat wij vanaf de tweede dag hebben gedaan. Ik heb dan ook een prachtige schoonmoeder en een vrouw die prima autorijdt. We hebben ook een paar voorstellingen voor kinderen gezien – Véronique werkt niet voor niets op de kinderafdeling van Cultuurcentrum Westrand Dilbeek. Die stukken zijn ongelooflijk mooi, bv. “L’oiseau bleu” naar een verhaal van Maurice Maeterlinck, bij mijn weten de enige Belgische schrijver die ooit de Nobelprijs voor literatuur won (1911). Vanaf de leeftijd van 5-6 jaar valt er echt veel te beleven. Je ziet dan ook veel gezinnen met jonge kinderen. Welke spektakels sprongen er verder uit? “L’intervention” naar een werk van Vicor Hugo over de destructieve menselijke jaloezie. Oud maar toch blijvend actueel. En ongetwijfeld een van de hoogtepunten: “Madrigal Festin”, een heel leuk duo van 2 jonge musiciennes parisiennes die anderhalf uur zingen en musiceren terwijl ze een uientaart bakken. Op het einde van de voorstelling kregen we een stukje van de taart. Je kan hier even proeven: https://www.youtube.com/watch?v=gRKRpsBjln0 & https://www.youtube.com/watch?v=QWT8XLN4bV8 Ik was natuurlijk ook zeer nieuwsgierig naar de eventuele aanwezigheid van “Oekraïne” in Avignon. Al snel bleek dat we het stuk “L’Ukraine mon amour” gemist hadden. Maar gelukkig vonden we op de valreep toch een uitnodiging voor een ander theaterstuk over de belegering van de havenstad Marioepol, gebaseerd op getuigenverhalen en gebracht door 7 actrices. Heel aangrijpend. De Oekraïens gesproken tekst werd in een Franse vertaling op een scherm geprojecteerd. Het stuk dat mij echter het meest verraste en ontroerde en daarom achteraf mijn absolute voorkeur krijgt, is “’Solar” van het Zwitsers gezelschap “Utopik Family”. Een 10-tal personages worden gespeeld door slechts 3 acteurs – 2 mannen en 1 vrouw – die maskers dragen en bijna 2 uur lang geen woord zeggen! Pas achteraf besef je dat de vrouw ook mannenrollen speelde en dat de mannen ook vrouwenrollen speelden… Een van begin tot einde boeiend stuk over timiditeit, misverstanden en gemiste kansen. Dit toneelstuk zonder tekst is dubbel: enerzijds toont het de gemiste kansen door niet te praten, niet je gevoelens te durven uiten, maar tegelijk toont het ook hoe woorden vaak helemaal niet nodig zijn om begrepen te worden. Want al begrijpen de personages elkaar niet, wij begrijpen de voorstelling wél perfect! Dit stuk zal mij ongetwijfeld het langst bijblijven. Meer info: https://www.utopikfamily.ch/solar Om af te ronden nog een leuke anekdote. Toen we zaterdagavond om 21:30u in station Brussel-Zuid aankwamen, wilde Véronique het openbaar vervoer naar huis nemen, maar ik zag dat niet meer zitten en stelde een taxi voor. Aan de halte stond een zwaar gepakte jongedame voor ons te wachten. Toen de eerste taxiwagen voorreed, was er wat discussie en uiteindelijk weigerde de chauffeur haar mee te nemen. We vroegen het meisje wat er scheelde en ze antwoordde dat ze naar het Rouppeplein moest en dat de taximan dat niet ver genoeg vond. Ik was bijzonder verrast door deze klantonvriendelijke reactie en stelde meteen voor om het meisje met ons mee te nemen, eerst naar het Rouppeplein en dan verder naar huis. Dit was voor ons maar een kleine omweg. De chauffeur vond dat best oké en de jongedame straalde. In de wagen ontstond een spontaan gesprek. Het meisje bleek een operazangeres te zijn en ze had net 2 maanden gezongen in Aix-en-Provence, vlakbij Avignon. Ze kwam dus uit dezelfde trein als wij. Ze had maar liefst 3 verschillende opera’s gezongen en moest zondag alweer optreden in Namen… Keren we volgend jaar naar Avignon terug? Geen idee. De goesting is er wel, maar tijd is een schaars goed en er zijn nog veel andere mooie plaatsen te ontdekken. Bovendien is de hitte in de maand juli toch wel een beetje een spelbreker. Als dat zo doorgaat met het klimaat, zal Avignon zijn theaterfestival in de toekomst misschien moeten verplaatsen naar september…
1 Comment
10/6/2022 01:37:54 pm
Party many story notice big hundred later. Partner yourself now save method open.
Reply
Leave a Reply. |
Alain Roger Kofi Vancloosterdichter & performer Categories |